Veel helpende handen, weinig hulpvraag: vraagverlegenheid is het onverwachte obstakel van vrijwilligerswerking
Verrassend genoeg horen we vaak dat meer dan voldoende inwoners zich engageren voor vrijwilligerswerk, maar dat de hulpvragen uitblijven.
In dit artikel staan we stil bij vraagverlegenheid en het steunnetwerk binnen de buurt. En we vertellen over onze oplossing: de Buurtconciërge.
(Ligt jouw uitdaging toch eerder bij het vinden van vrijwilligers? Binnenkort publiceren we een artikel dat je daarmee zal helpen. Volg ons op LinkedIn voor updates. In tussentijd, lees hier waarom een slim vrijwilligersbeleid buurtgericht is.)
Weinig hulpvraag, is dat echt een probleem?
Mooi, toch? Dat meer mensen willen helpen dan er hulp nodig hebben? De kans is echter reëel dat mensen hun hulpvragen eerder niet kunnen of durven stellen.
Bovendien heeft deze onverwachte situatie een bijkomend nadeel: al die enthousiaste vrijwilligers zullen niet geëngageerd of beschikbaar blijven. Verhuis, andere prioriteiten, nieuwe contactgegevens, … Potentieel dat te lang onbenut blijft, zal in dit geval langzaamaan wegsijpelen. En daarmee ook je inspanningen (tijd, budget, …) om al die vrijwilligers te verzamelen.
Waarom stellen mensen hun hulpvraag niet?
De gemeenschap bezit een rijk vermogen van helpende handen met verschillende interesses en talenten. Daar kan elke inwoner bij baten. En kwetsbare inwoners, zoals senioren die liefst zolang mogelijk zelfstandig thuis wonen, nog het meest van allemaal.
Maar zoals we in onze whitepaper uitgebreid beschrijven, heeft niet elke inwoner in dezelfde mate toegang tot het sociaal kapitaal, zoals bijvoorbeeld dat netwerk van vrijwilligers. Niet iedereen kan een hulpvraag stellen. En niet iedereen wil een hulpvraag stellen.
Niet iedereen kan een hulpvraag stellen aan het netwerk van vrijwilligers
Toegang digitale middelen
Het voordeel van een digitaal buurtnetwerk als Hoplr? Op korte termijn biedt het een uitstekende omgeving (communicatie-infrastructuur) om snel op zoek te gaan naar die ene buurtbewoner die tijd en zin heeft om op dinsdagnamiddag een rit naar het ziekenhuis te voorzien.
En op lange termijn is het een waardevolle investering in lokale gemeenschapsvorming, en daarmee ook in grotere thema’s zoals zorg en welzijn.
Maar nee, niet iedereen is digitaal. Door de kaart van radicaal digitaal te trekken, worden heel wat hulpbehoevenden uitgesloten. Senioren meer dan wie ook.
Versnipperd aanbod
Een brede waaier aan lokale overheidsdiensten, organisaties en vrijwilligers biedt geschikte oplossingen voor uiteenlopende hulpvragen. Maar vinden hulpbehoevenden wel de weg naar de juiste partij? Is het aanbod voldoende bekend?
Er is met andere woorden nood aan een toegankelijk overzicht van lokale en betrouwbare mogelijkheden.
Niet iedereen wil een hulpvraag stellen aan het netwerk van vrijwilligers
Uit een onderzoek van het Rode Kruis blijkt dat maar liefst 91% van de 70-plussers geen onbekende wil benaderen met een hulpvraag. Dit fenomeen heet vraagverlegenheid. Minstens drie factoren spelen daarbij een rol.
1. Gebrek aan wederkerigheid
Vraagverlegenheid heeft onder meer te maken met eergevoel en autonomie. Iemand helpen voelt goed. Hulp vragen… een heel stuk minder.
Binnen een hechte gemeenschap bestaat een netwerk van gegeneraliseerde wederkerigheid. Leden leveren een bijdrage wanneer mogelijk, iedereen kan hulp vragen wanneer nodig.
Door bepaalde personen buiten dit netwerk van wederkerigheid te plaatsen en te stigmatiseren als kwetsbare persoon, hulpbehoevende of hulpvrager, voelen ze zich mogelijk waardeloos of zelfs zielig.
Het mooie is dat iedereen een bijdrage kan leveren. Ouderen bezitten vaak vaardigheden, ervaring en tijd die andere buurtbewoners niet hebben. De uitdaging zit er ‘m in deze personen mee aan te sluiten op het netwerk van de buurt, waar ze een waardevolle plaats kunnen innemen, net als de rest.
2. Gebrek aan vertrouwen
Ten tweede draagt een mogelijk tekort aan vertrouwen bij aan vraagverlegenheid. ‘Wie komt mij straks helpen? Is die persoon wel te vertrouwen? Is dit veilig?’
Uit het eerdergenoemde onderzoek van het Rode Kruis blijkt dat 75% er geen probleem mee heeft om beroep te doen op het eigen sociale netwerk; op bekenden dus.
Ook dit illustreert de nood aan investeringen in het steunnetwerk rond een hulpbehoevende persoon, eerder dan onbekenden in te schakelen voor kortstondige hulpverlening.
De buurt vormt een belangrijke schakel binnen het steunnetwerk van personen die niet kunnen terugvallen op vrienden of familie. Bovendien delen buurtbewoners vaak enkele referentiepunten zoals plaatsen en gebeurtenissen. De buurt biedt een stukje gedeelde identiteit, waardoor het vertrouwen groter is.
3. Rolambiguïteit
Rolambiguïteit maakt aan de andere kant dat spontane uitwisselingen van hulp binnen een lokale gemeenschap soms moeilijk van de grond komen.
‘Wie kan ik aanspreken wanneer ik hulp nodig heb? Wat kan ik verwachten en wat niet?’ En opnieuw: ‘Wie mag ik vertrouwen?’ Ook binnen een buurt is er nood aan protocols en rollen, opdat de hulpuitwisseling succesvol kan verlopen.
De klemtoon ligt vandaag te vaak op de vrijwilliger
Wat is er dan mis met de manier waarop vrijwilligerswerking vandaag vaak wordt georganiseerd? De focus ligt zodanig op het vinden van helpende handen, dat we de andere kant van de balans uit het oog dreigen te verliezen.
Het verafgoden van de vrijwilliger gaat ten koste van de hulpvrager, die nood heeft aan gelijkwaardigheid en een menselijke benadering.
Digitaal en menselijk
Dit alles onderstreept de nood aan een lokale vertrouwenspersoon die:
- een menselijke connectie opbouwt met de hulpbehoevende;
- het versnipperde aanbod omsluit;
- een brug naar de digitale omgeving vormt; en
- meebouwt aan de lokale gemeenschap en het steunnetwerk rond de hulpbehoevende persoon.
Het is overduidelijk dat een grote rol binnen een succesvolle vrijwilligerswerking is weggelegd voor de buurtwerker. In combinatie met de juiste digitale tools kunnen hulpvraag en -aanbod perfect op elkaar worden afgestemd.
De Buurtconciërge
BCQ (BuurtConciërgeQuartier) is een nieuw zorgconcept dat uitgaat van Hoplr. Wij bouwen een software die hulpvragen en vrijwilligers naadloos met elkaar verbindt. Maar dit is alles behalve werk op ‘automatische piloot’.
Het geheim van BCQ zit ‘m in de buurtconciërge die dienst doet als vertrouwenspersoon voor zowel de hulpvrager als diens steunnetwerk in de buurt. De buurtconciërge kan een maatschappelijk werker bij de gemeente zijn die wij opleiden om onze tool te gebruiken, of een werknemer van Hoplr.
Er valt nog heel wat meer te vertellen over de Buurtconciërge. Geïnteresseerd? Bekijk onze website of vraag ineens een demo aan.